1- Het doorbrengen van één dag in het aan de zaak van Allah gewijde dienst is beter dan de wereld en alles wat erop is. En de plek van de zweep van een van jullie in het Paradijs is beter dan de wereld en alles wat erop is

2- Op de dag van het offerfeest offerde de profeet (vrede zij met hem) twee stevige rammen met grote hoorns, hij slachtte ze eigenhandig, noemde de naam van Allah en verheerlijkte Hem, en plaatste zijn voet op hun zijkanten

3- Wie bij Allah een eed aflegt terwijl hij daarin onrecht pleegt om het bezit van een moslim af te nemen, zal Allah ontmoeten terwijl Hij boos op hem is

4- 'Deze dieren hebben dezelfde aard als de wilde dieren. Wat jullie niet konden vangen, maak daarmee wat jullie willen.'

5- Wanneer de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) het privaat betrad, bracht ik samen met een jongen van mijn leeftijd een waterkruik en een stokje mee, waarna hij zich met water reinigde

6- Ik was bij de profeet (vrede zij met hem) toen hij zich naar een groep begaf en daar urineerde terwijl hij rechtop stond

7- Heilig is Allah! De gelovige wordt niet onrein

8- Wees spoedig met de begrafenis, want als de overledene een rechtvaardige ziel is, schenkt u hem het beste door hem naar zijn rustplaats te begeleiden. Is dat niet het geval, dan verlost u uzelf van een last van kwaad

9- Als je wilt, geduldig volharden en dan is het Paradijs jouw deel; en als je wilt, dan bid ik tot Allah dat Hij je genezing schenkt." Zij antwoordde

10- “O Boodschapper van Allah, de bezittingen zijn vergaan en de wegen zijn afgesneden; bid tot Allah dat Hij ons regen schenkt.”

11- Ons werd afgeraden de begrafenisstoet te volgen, doch dit verbod werd niet met klem aan ons opgelegd

12- “Wie verantwoordelijkheid draagt voor deze dochters en hen met goedheid en zorgvuldigheid bejegent, voor hem zullen zij een beschermend schild vormen tegen het laaiende Vuur.”

13- Dat de Profeet Mohammed (vrede zij met hem) bij geen enkele vrijwillige aanbidding zo zorgvuldig en standvastig was, noch er zoveel ijver en toewijding voor aan de dag legde, als voor de twee aanbevolen gebedsrak‘aat vóór het ochtendgebed (fadjr)

14- Ik vroeg aan Aïcha — moge Allah tevreden over haar zijn —: ‘'Wat is de reden dat een menstruerende vrouw haar vasten moet inhalen, maar haar gebed niet hoeft in te halen?'’

15- Dat zij haar jonge kind, dat nog niet at, tot de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) bracht. De Profeet (vrede zij met hem) liet het kind op zijn schoot zitten; het kind urineerde op zijn kleding. Toen bad hij over water, waarmee hij het kind reinigde zonder het kind te wassen.”

16- O Boodschapper van Allah, stel dat er iemand komt die mijn bezit van mij wil afnemen?”

17- De verhoogde hand is beter dan de lagere hand

18- Voorwaar, in het Paradijs is er een deur die 'Ar-Rayyan' wordt genoemd. De vastende mensen zullen door deze deur binnengaan op de Dag des Oordeels. Niemand anders zal door deze deur binnengaan

19- “Voorwaar, als iemand van jullie zijn touw zou nemen, daarmee een bundel brandhout op zijn rug bijeenbrengt, die vervolgens verkoopt en zich met de opbrengst ervan weet te onderhouden — waarmee Allah zijn gezicht behoedt voor vernedering — dan is dat voor hem beter dan dat hij de mensen om iets vraagt, of zij hem nu geven of weigeren.”

20- Sta je broeder bij, zowel in onrecht als wanneer hij onrecht ondergaat

21- Voorwaar, deze twee zijn verboden voor de mannen van mijn gemeenschap, maar toegestaan voor hun vrouwen

22- '‘Vasten is geen deugd tijdens het reizen.’'

23- 'Voorwaar, Allah en Zijn boodschapper hebben de verkoop van wijn, dood vlees, varkensvlees en afgoden verboden

24- Hij beval ons, wanneer wij op reis waren of onderweg, onze schoenen drie dagen en nachten niet uit te trekken, behalve bij grote onreinheid; maar wel na ontlasting, urineren of slapen.’'

25- De meest geliefde plaatsen bij Allah zijn de moskeeën en de meest verfoeide plaatsen bij Allah zijn de markten

26- O, Aboe Dharr, wanneer je soep kookt, voeg dan veel water toe en zorg goed voor je buren

27- Naam van Allah doe ik roeqya voor je; tegen alles wat je schaadt; tegen het kwaad van iedere ziel en tegen de afgunstige blik van een jaloerse; moge Allah jou genezen. In de Naam van Allah bezweer ik je.”

28- Bij Allah, niemand van jullie zal ook maar iets nemen dat hem niet rechtmatig toekomt, of hij zal zijn Heer op de Dag der Opstanding ontmoeten

29- Waarlijk, veel vrouwen hebben de familie van Mohammed opgezocht om te klagen over hun echtgenoten. Die mannen behoren niet tot de besten onder jullie

30- Een moslim die iets heeft om over te beschikken, mag niet drie nachten slapen zonder dat zijn testament bij hem op schrift is gesteld.”

31- Geen enkele vrouw dient langer dan drie dagen te rouwen om een overledene, behalve wanneer het haar echtgenoot betreft; dan bedraagt de rouwperiode vier maanden en tien dagen

32- Telkens wanneer de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: ‘'Allah hoort degene die Hem prijst,’' boog niemand van ons onze rug totdat de Profeet (vrede zij met hem) zich in gebed had neergelegd in de soejoed (knieling). Daarna brachten wij onze soejoed aan na hem.”

33- Hij verrichtte het werk en de taken van zijn gezinsleden, hiermee bedoelde zij het bedienen en helpen van zijn huisgenoten en zodra het tijd werd voor het gebed, begaf hij zich naar het gebed

34- Als degene die zich vóór een biddende persoon begeeft zou weten welke [zware zonde] hem treft, dan zou hij verkiezen veertig te blijven staan, dat zou beter voor hem zijn dan dat hij zich voor hem begeeft

35- “Volmaak de wassing volledig, reinig de ruimte tussen de vingers zorgvuldig, en wees grondig bij het inhalen van water in de neus, behalve wanneer je vast, opdat het water niet in de keel terechtkomt.”

36- “Waarlijk, het past niemand om met vuur te straffen, behalve de Heer van het vuur.”

37- Voorwaar, deze gebedshuizen zijn niet bestemd voor dergelijke onreinheden of vuilheid. Zij zijn louter gewijd aan de herinnering aan Allah, de Almachtige, aan het gebed en aan het reciteren van de Koran

38- De Profeet (vrede zij met hem) heeft verboden zich na het verrichten van de behoefte te reinigen met uitwerpselen of beenderen

39- Dat de profeet (vrede zij met hem), wanneer hij na het toilet verliet zei: 'Vergeef mij O Allah

40- Laat niemand van jullie zich reinigen met minder dan drie stenen."

41- De oproepers tot het gebed (moedhins) zullen de langste nekken hebben op de Dag der Opstanding."'

42- Tot de Soenna behoort dat de moeadhien bij het oproepen tot het gebed voor het ochtendgloren (de adhaan van het Fadjr-gebed), na de woorden “Hayya ʿala-l-falaah” (Haast u naar het welslagen), uitroept: “As-salaatu khayrun minan-nawm” — “Het gebed is beter dan de slaap.”

43- Het Uur zal niet aanbreken, voordat de mensen zich gaan beroemen op hun moskeeën

44- De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) placht het gebed aan te vangen met de takbier en met de recitatie van: Al-ḥamdoe lillahi rabbil-‘alamin – ‘Alle lof behoort Allah toe, de Heer der Werelden’

45- Een man vroeg de Profeet (vrede zij met hem), terwijl hij zich op de preekstoel bevond: “Wat is uw oordeel over het nachtgebed?” Hij (vrede zij met hem) antwoordde: “Het wordt gebeden in paren van twee (rakʿa na rakʿa)

46- ‘'Bestraf niet met de bestraffing die alleen Allah toekomt.’'

47- Toen de Profeet (vrede zij met hem) hem naar Jemen zond, droeg hij hem op om van het vee de volgende bijdrage te innen: Van iedere dertig runderen een tabi‘ of tabi‘ah (een éénjarige stier of koe),

48- heeft verboden om elk dier met slagtanden van de roofdieren te eten, en elk vogel met klauwen

49- De dinar was een gouden muntstuk; de Islamitische dinar woog vier en een kwart gram (4,25 g) zuiver goud

50- “Waarlijk, de meest godvrezende onder u en degene met de diepste kennis van Allah, dat ben Ik

51- De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) reciteerde de Koran voor ons in elke toestand, zolang hij zich niet in een staat van onreinheid (janabah) bevond

52- (Stellen jullie het drinken geven aan de bedevaartgangers en het verzorgen van de Gewijde Moskee gelijk aan (de daden van) hem die gelooft in Allah en de Laatste Dag?} [At-Tawba: 19] tot het einde van het vers

53- De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) placht zich te reinigen van de grote rituele onreinheid met slechts één sāʿ water en verrichtte de woedoe met één mudd (Een mudd komt ongeveer overeen met twee volle handen van een gemiddeld persoon. De sāʿ bedraagt vier mudd)

54- ik heb de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zien urineren, daarna de wassing verrichten en over zijn khoeffen strijken.''

55- “De Profeet (vrede zij met hem) placht, telkens wanneer hij het gebed van de dageraad had verricht, in zijn gebedsplaats te blijven zitten totdat de zon in volle pracht was opgegaan

56- “Verweert de dienaressen van Allah niet de toegang tot de moskeeën van Allah, maar laat hen uitgaan, ook al zijn zij nog jong en speels.”

57- “Wanneer één van u de moskee binnentreedt, laat hij dan eerbiedig de groet brengen aan de Profeet (vrede zij met hem) en zeggen: '‘O Allah, open voor mij de poorten van Uw barmhartigheid

58- Wie ons gebed verricht, zich richt naar onze gebedsrichting (de Qibla) en eet van onze geslachte dieren, die behoort tot de gemeenschap van de moslims. Voor hem geldt de bescherming van Allah en de bescherming van Zijn Boodschapper. Schend daarom niet de verbondsbescherming van Allah

59- Ik zag de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) de groet brengen aan zijn rechterzijde en aan zijn linkerzijde, totdat ik de witheid van zijn wang kon zien

60- “Voorwaar, een dienaar bidt het gebed, maar daarvan wordt slechts één tiende voor hem opgeschreven, negen tienden, acht tienden, zeven tienden, zes tienden, vijf tienden, een kwart, een derde, de helft.”

61- De profeet (vrede zij met hem) zei: "Tussen elke twee oproepen tot het gebed is er een gebed, tussen elke twee oproepen tot het gebed is er een gebed." Vervolgens zei hij over de derde keer: "Voor wie dat wil

62- De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Onderwijs jullie stervenden: ‘Er is geen god dan Allah.’”

63- “Indien jullie dat wensen, zal Ik het aan jullie geven; er is geen deel voor de rijken, noch voor de sterke die hun bezit hebben vergaard door inspanning.”

64- Blijf de bedevaart (Hadj) en de Oemra regelmatig verrichten, want zij verdrijven armoede en zonden, zoals de blaasbalg onzuiverheden verwijdert uit ijzer, goud en zilver. En voor een aanvaardde hadj is er geen andere beloning dan het Paradijs

65- Voltooi eerst de voorste rij, daarna de daaropvolgende; en hetgeen aan aantal ontbreekt, laat dat dan in de achterste rij zijn.”

66- Wanneer het gebed wordt ingesteld, is er geen gebed toegestaan behalve het verplichte gebed.”

67- Waarlijk, mensen zullen ophouden met het nalaten van het bijwonen van het vrijdaggebed of Allah zal een zegel op hun harten leggen, waarna zij tot de achtelozen zullen behoren

68- Wie drie keer op rij het vrijdaggebed nalaat uit nalatigheid, Allah zal een zegel op zijn hart plaatsen

69- De Profeet (vrede zij met hem) zei: “O Bilal, vertel mij over de meest hoopgevende daad die je sinds je toetreding tot de Islam hebt verricht

70- '‘Aan het einde van de wereld zullen er mensen verschijnen die jong van leeftijd en onvolwassen in hun denken zijn. Ze spreken de mooiste woorden die de schepping ooit heeft gehoord, maar ze zullen uit de Islam verdwijnen zoals een pijl uit een prooi schiet

71- De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) heeft nooit tegen een volk gestreden zonder hen eerst tot de waarheid uit te nodigen

72- “Allah, de Verhevene, zegt: Drie personen ben Ik tegenstander op de Dag des Oordeels

73- De gelovige zal voortdurend in ruime mate van zijn geloof kunnen genieten, zolang hij geen onterecht bloed vergiet

74- Er kwamen mensen van de stam ‘Ukl’ of ‘Uraina’, die zich in Medina vestigden

75- Wie een straf verdient en zijn straf wordt snel in deze wereld uitgevoerd, dan is Allah rechtvaardiger dan om dezelfde straf opnieuw over Zijn dienaar in het Hiernamaals te brengen

76- “Vervloek hem niet; bij Allah, ik weet niet dat hij Allah en Zijn Boodschapper niet liefheeft.”

77- Waarlijk, Allah is tevreden met drie zaken voor jullie en verwerpt drie zaken

78- Weet u wat beter is dan vasten, gebed en liefdadigheid?

79- Wie wapens tegen ons opneemt, behoort niet tot onze gemeenschap

80- De hand wordt afgehakt bij een bedrag van een kwart dinar en meer

81- Niemand mag meer dan tien zweepslagen krijgen, behalve in het geval van een straf die is opgelegd door Allah

82- Wie een hond houdt, behalve een jacht- of herdershond, verliest elke dag een deel van zijn goede daden, genaamd 'kiratan'

83- Ik weet dat jij een steen bent, die noch schade toebrengt, noch voordeel biedt. Als ik de Profeet (vrede zij met hem) niet had gezien die jou kuste, dan zou ik jou niet gekust hebben

84- 'Ga terug en bid, want je hebt niet gebeden'

85- Wanneer een moslimdienaar of een gelovige de wassing verricht en zijn gezicht wast, worden alle zonden die zijn ogen hebben aanschouwd, met het water weggespoeld of met de laatste druppel van het water

86- De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) leerde ons de gebedsvorm van de istikhāra (gebed om leiding) in al onze zaken, zoals hij ons een soera uit de Koran onderwees

87- O Aboe Sa'id, wie tevreden is met Allah als zijn Heer, met de Islam als zijn religie en met Mohammad als zijn profeet, voor hem is het paradijs verplicht

88- Wie een dag vast op het pad van Allah, Allah zal zijn gezicht zeventigduizend herfsten van het Vuur scheiden

89- De mensen blijven in goede staat zolang zij op tijd het breken van het vasten (iftar) in acht nemen

90- We plachten, in de tijd dat de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) bij ons was, de zakat al-fitr te geven namens elke persoon, jong en oud, vrij man of slaaf, in de vorm van één sâʿ (vier handenvolle maateenheid) voedsel, of één sâʿ gedroogde kaas, of één sâʿ gerst, of één sâʿ dadels, of één sâʿ rozijnen

91- Wij namen de soehoer met de Profeet (vrede zij met hem) en vervolgens stond hij op voor het gebed. Ik vroeg: 'Hoeveel tijd was er tussen de adhan en het soehoer?' Hij antwoordde: 'Ongeveer vijftig verzen'

92- De Profeet, vrede zij met hem, gebruikte zich terug te trekken (i.e. 'i'tikaf') in de laatste tien dagen van de Ramadan, tot Allah hem deed overlijden. Daarna deden zijn vrouwen hetzelfde na zijn overlijden

93- Neem de soehoer-maaltijd, want in de soehoer ligt een zegen besloten

94- Begin de maand Ramadan niet voortijdig door één of twee dagen ervoor te vasten, behalve als iemand de gewoonte heeft om op die dagen te vasten; diegene mag dan wel vasten

95- De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) heeft de verplichte Zakaat al-Fitr ingesteld als één sâʿ (maat) dadels of één sâʿ gerst, verplicht voor zowel de slaaf als de vrije, de man als de vrouw en voor zowel jong als oud onder de moslims. Hij beval dat deze gegeven zou worden vóórdat de mensen uitgaan naar het gebed

96- Het is niet toegestaan voor een moslimvrouw om een reisafstand van één nacht af te leggen, tenzij zij vergezeld wordt door een mahram (een man met wie zij een beschermde relatie heeft

97- Wie vergeet dat hij aan het vasten is en daardoor eet of drinkt, laat hem zijn vasten voortzetten, want het is Allah die hem te eten en te drinken heeft gegeven

98- Ik woonde het gebed van Eid bij met Omar ibn al-Khattab, moge Allah tevreden met hem zijn, en hij zei: ‘Dit zijn twee dagen waarop de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) het vasten heeft verboden: de dag van dat jullie het vasten breken na jullie vastenmaand en de andere dag waarop jullie eten van jullie offers

99- De talbiyah (oproep) van de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) luidde als volgt: 'Hier ben ik, o Allah, hier ben ik. Hier ben ik, U heeft geen deelgenoot, hier ben ik. Voorzeker, de lof, de gunsten en het koninkrijk behoren U toe. U heeft geen deelgenoot

100- Zoek de Nacht van het Lot (Laylat al-Qadr) in de oneven nachten van de laatste tien dagen van Ramadan